Wijzigingen ontslagrecht onder nieuw kabinet
PDF versie | Print Versie | Html Versie
Auteur: degraauw | Via Artikel Post
Gezien: 792 |
Aantal woorden: 529 |
Datum: Tue, 10 Oct 2017 |
0 commentaar
Vandaag, 10 oktober 2017, is na een lange onderhandelingsperiode gepresenteerd wat de plannen van de nieuwe regering zullen worden. Ook het arbeidsrecht zal op punten gewijzigd worden. Dit in aanvulling op de grote wijziging die onder het kabinet VVD/PvdA plaatshad in 2015. De insteek van het nieuwe kabinet is om het gat tussen vast en flex te dichten. Men vindt dat vast 'te vast' is: Werkgevers zien op tegen de risico's van een vast contract en de moeilijkheden om weer van personeel af te komen. Daarom worden te weinig vaste contracten aangeboden, zo is het idee. Verder vindt men dat flex 'te flex' is. Daardoor gaan veel, met name jonge werknemers van tijdelijk contract naar tijdelijk contract en worden 'draaideurconstructies' toegepast. Dit heeft negatieve gevolgen, zoals periodes zonder werk, problemen met het krijgen en altijd kunnen betalen van een goede hypotheek, stress door onzekerheid over de toekomst, etc.
Om vast minder vast te maken, is aangekondigd dat het ontslagrecht wordt versoepeld. Het zal weer mogelijk worden om een cumulatie van verschillende ontslaggronden op te voeren. Nu moet een enkele reden gekozen worden en kan met andere omstandigheden geen rekening gehouden worden. De rechter krijgt (weer) de mogelijkheid om de hoogte van de ontslagvergoeding aan te passen. Wanneer dit precies aan de orde zal zijn, is nog niet duidelijk. Dit zal wellicht ook nawerking hebben op de ontslagvergoeding in een vaststellingsovereenkomst, de meest gebruikte route van beëindiging. Voor collectief ontslag aan de hand van een sociaal plan, zal dit geen effect hebben is de verwachting.
Een stimulans voor werkgevers die meteen een vast contract aanbieden, is dat zij een proeftijd tot 5 maanden op mogen nemen. Op deze manier kan een werkgever vijf maanden lang, zonder risico's uitproberen of de samenwerking bevalt. De werkgever hoeft hiervoor dus niet meer zijn toevlucht te zoeken in tijdelijke contracten. Een proeftijd is zelfs (veel) soepeler voor de werkgever. Daarmee is een reëel voordeel voor een vast contract opgevoerd.
Voorts wil het kabinet in kaart brengen of het afhankelijk stellen van de via werkgever te betalen premie voor WW van het type arbeidscontract, kan bijdrage aan het aantal vaste contracten. Het idee is dat wanneer de WW premie hoger wordt bij een tijdelijk contract, dit ontmoedigd wordt. Of andersom, als de premie lager is bij een vast contract dat dit gestimuleerd wordt. Er zit ook een redelijkheid achter: Werknemers met tijdelijke contracten komen vaker (kortere) perioden in de WW terecht dan werknemers met vaste contracten. Dit als gevolg van non-verlengingen.
Omdat veel werkgevers na 2 jaar dienstverband nog geen vast contract willen aanbieden, wordt tot slot de mogelijkheid tot een derde jaar weer opgenomen.
Over de Auteur
Mr. de Graauw is werkzaam bij De Graauw Legal. Hij is gespecialiseerd in het juridisch adviseren van werknemers bij ontslag met wederzijds goedvinden.
Gerelateerde artikelen
- deel dit artikel met anderen
Beoordeling: Nog niet beoordeeld
Login om te stemmen